Het maken van Zucco
Elke week wordt er in het Theateratelier van De Figuranten gerepeteerd voor de volgende twee voorstellingen, Episode 2 en 3 van onze cyclus Mama, Just Killed A Man. Wij geven je graag een inkijkje in ons repetitieproces.
Onze stagiaires Ward en Justine gingen in gesprek met vijf spelers uit ons Open Atelier. Zij werken sinds januari aan Zucco, een voorstelling met veertien spelers geïnspireerd door de tekst Roberto Zucco van Koltès.
Waar gaat de voorstelling over?Raf: Kort samengevat gaat het over moord.
Bart: (vult aan) We onderzoeken ook hoe iemand tot het plegen van moord kan komen. En daaropvolgend eventueel het onderzoek: wat doe je met moord? Hoe reageer je daarop?
Mila: We werken rond Roberto Zucco en alle mensen die hij heeft vermoord.
Sofie: Alle aspecten rond moord komen aan bod: het heeft soms ook iets tragikomisch. Ook de ethiek komt aan bod. We hebben gediscussieerd en gesproken over hoe iemand tot moord kan komen. Ik vond dat interessant.
"Ik vind de ontdekkingen die je kan doen interessant: het experimenteren over de aanleidingen waardoor iemand tot moord komt (of niet). Het doordenken in een bepaalde logica van iets of iemand, in een veilige zone (het toneel) vind ik ongelooflijk verrijkend."
Spreekt het thema je aan? Wat betekent het voor jou?Bart: Moord is een thema waar ik zelf geen affiniteit mee heb, maar het is wel een thema dat overal is: je zet de tv of de radio op en het gaat over dood. Al dan niet geromantiseerd in films, verhalen of ‘fait divers’ in de krant, true crime podcasts… het is alomtegenwoordig. Ik vind de ontdekkingen die je kan doen interessant: het mogen experimenteren en praten over de aanleidingen waardoor iemand tot moord komt (of niet). Het doordenken in een bepaalde logica van iets of iemand, in een veilige zone (het toneel) vind ik ongelooflijk verrijkend. Ik vind het heel interessant om zo vrij en zonder taboe te mogen nadenken.
Tine: Het thema is niet iets waar ik erg mee bezig ben, want moord en dood is kwaadaardig. Maar: ik vind het stuk leuk en het feit dat er op een gekke manier ook humor in onze teksten verwerkt wordt. Gewoon het feit dat ik dat ik kan meespelen met een toneelstuk is voor mij al fijn.
Mila: Ik ben veel bezig met het stuk en het verhaal. Ik kijk graag naar films met seriemoordenaars en luister naar verhalen over moord enzovoort.
Raf: Voor mij is het thema moeilijk. Maar ik ben acteur, ik speel en probeer me in te leven in een rol.
Hoe verliep de eerste repetitie van dit deel van Mama, Just Killed A Man?Tine: We hebben de tekst van Roberto Zucco gelezen, we hebben verschillende types uitgetest en geïmproviseerd met rollen, door verschillende typetjes mensen of een rollenspel te spelen… We werken ook altijd met een stuk nieuwe tekst waarvan we weten dat (Annelore (de regisseur nvdr) kennende) het nog altijd kan veranderen. Dat was de start.
Raf: In het begin is het altijd een beetje zoeken. We krijgen opdrachten om iets te spelen, maar het is niet dat je rol al vastligt. We testen dingen uit voor de voorstelling.
Bart: Aan de hand van een bestaand personage, Roberto Zucco, wordt er inderdaad verkend en geëxperimenteerd. Dat is het prototype waar rond er gewerkt en waar naar verwezen wordt. De scènes worden dan aan elkaar genaaid.
Raf: Het mooiste van allemaal is dat dat iedere keer afzonderlijke stukjes zijn. Hoe ze het doen, versta ik niet, maar je brengt je eigen scène en plots wordt alles één geheel! Het wordt een theaterstuk waarvan je zegt: “Allez, hoe komen ze daarbij?”. Ik kan dat niet, hoor. Maar daarom ben ik geen regisseur, hé. (Iedereen lacht)
Mila: Het was nieuw voor mij om écht over de dood te praten. Bij mijn andere stukken was dat niet zo en dat was moeilijk voor mij. Nu lukt het wel.
Hoe ze het doen, versta ik niet, maar het mooiste van allemaal is als we onze eigen afzonderlijke scène brengen en plots alles tot één geheel zien worden! Het wordt een theaterstuk waarvan je zegt: “allez, hoe kom je daarbij?”.
Hoe ziet een repetitie er gewoonlijk uit?Sofie: Vaak is er een stukje monoloog die we moeten leren. En ook stukjes dialoog met anderen. Die stukjes worden dan door onze regisseur samengebracht en gevormd tot één geheel. Het is niet alleen het theaterstuk maar er wordt ook gewerkt rond de filosofische vragen die bij het thema moord horen. We voeren soms ook groepsdiscussies.
Raf: Dat begint al met het samen eten voor de repetitie. Samen aan tafel een boterhammeke eten en babbelen.
Bart: En op het einde van een repetitie soms een toonmomentje. Als we in groepjes zijn ingedeeld kunnen we dan naar elkaar kijken.
Tine: Het is ook een stuk experimenteren, eigenlijk. 'Laten we het eens op die manier proberen. Ne keer zo en ne keer zo.' Hoe komt het over op die manier. Wij proberen het gewoon samen uit. We krijgen tijdens de repetities vaak de tijd om in groepjes te repeteren of om onze tekst te leren. We kunnen dan ook experimenteren met hoe wij onze tekst zouden brengen.
Bart: Binnen bepaalde richtlijnen krijg je heel veel vrijheid om je eigen interpretatie in te vullen. Met de regisseur die dan feedback geeft.
Tine: Eigenlijk ook een stuk improviseren.
Waarover gaat je monoloogje? Wie speel je volgens jou?Raf: Van mij gaat het over iemand die denkt dat hij zal sterven. Hij vraagt aan de dokter hoe lang hij nog te leven heeft. En hij krijgt te horen dat hij 100 jaar wordt. Hij is bij de dokter omdat hij denkt dat hij vroegtijdig zal sterven.
Mila: Van mij komt het erop neer dat ik een tikkende tijdbom ben. En dat ik bang ben om te sterven, maar ook om iets te doen waar ik spijt van krijg.
Tine: Mijn personage ziet het leven en de speciale momenten daarin als een vorm van snapshots. Een soort polaroidfotocollectie. De monoloog is een heel hectische opsomming van allemaal dingen die mislopen. Bv. Geen muntje vinden voor je kar in de winkel. En dat je als kind altijd iets groter wilde. Maar ziet dat je nu nog steeds telkens iets groter wilt. Ook de belachelijkheid van de perfecte selfie komt aan bod. Mijn personage zie alles een beetje als foto’s voor zich.
Heb je dingen bijgeleerd over het spelen?Tine: Ik heb soms moeite om me volledig te laten gaan. Als ik een vreemd personage of een gekke bek moet trekken. Dan ben ik meer bezig met “Oei, het publiek zal mij toch niet raar vinden”. Ik heb geleerd dat het gaat over mijn rol en niet over mij als persoon. Is mijn rol raar dan speel ik die raar. Dat is juist de bedoeling van spelen. Maar dat loslaten is wel een grote stap.
Sofie: Ik pas me overal aan. Ik pas me aan elke rol aan. Als ik zelf iets moet maken steek ik er graag iets grappigs in.
Bart: De Figuranten is een erg veilige ruimte. En de ruimte ook durven in te nemen, dat heb ik geleerd. Ook dat de vierde wand belangrijk is. Wij en het publiek. Ook leerde ik als je ergens in een rol moet kruipen, dat je niet bang moet zijn om het groot te maken. Je kan er dan in- en uitstappen, weer kleiner maken als het nodig is.
Mila: Voor mij als jongste van de groep (15) is het wel leuk om met al wat oudere mensen samen te spelen. Vroeger durfde ik mensen niet aan te spreken. Maar nu dus wel. Ik leer ook beter articuleren.
Bedankt voor het gesprek. We kijken uit naar de voorstelling!
Zucco gaat binnenkort in première tijdens Mad World 2023.
"Zou jij het kunnen? Iemand vermoorden?"
Onze spelers over het Theateratelier en over Beautiful Monster
We gingen met vier spelers van ons vaste ensemble in gesprek, over theater en monsters.
Dag Patricia, Ronita, Raf, Marinka. Hoe lang spelen jullie op dit moment al bij De Figuranten?
Patricia: Voor mij is dat 9 jaar, intussen.
Raf: Ronita – mijn vrouw- en ik zitten hier 3 jaar.
Marinka: Ik ben samen met Raf en Ronita gestart. De drie jaar dat wij hier nu zitten is er toch ook veel veranderd. Vooral bij onszelf natuurlijk: je bloeit enorm open tegenover je eerste keer, en ook dat maakt het allemaal wat professioneler.
Raf: In het begin durf je ook weinig. Je houdt je kalm. Maar hoe langer je bezig bent, hoe meer je ook zelf dingen durft aanbrengen en naar die voorstelling toeleeft.
Ronita: Ik durf véél meer dan de eerste keer dat ik hier kwam. Ik heb nog met carnavalsstoeten meegedaan voor mijn tijd bij De Figuranten, dus ik had eigenlijk wel wat toneelervaring, maar toch kom je van ver: dat is niet te vergelijken met wat we nu doen.
Marinka: Voor mij was dit mijn eerste toneelervaring. We komen hier allemaal terecht van verschillende hoeken en kanten, en plots zitten we samen in deze organisatie. De eerste keer was ik heel nerveus, maar ik werd meteen verwelkomd. Het was alsof ik hier al jaren kwam. We zijn erg hecht.
Heb je veel aan die hechtheid?
Marinka: Ja, dat is fantastisch. Onlangs had ik een operatie, en ik kreeg een kaartje van de groep. Dat doet deugd. We zijn ook naast de vloer een groep die sterk aan elkaar hangt. Theaterbezoekjes, kaartjes, berichtjes, …
Raf: Tijdens corona hielp het ook wel om tenminste De Figuranten te hebben waar je telkens terecht kon. Zelfs toen alles via Zoom was. Dat was niet zo fijn, maar je had tenminste een vaste groep om eens mee te babbelen.
Patricia: Ook de medewerkers zijn er altijd voor ons. Als het even tegen zit, kan je tussen repetities door altijd wel bij iedereen terecht. Ik mag hier altijd langskomen voor een koffie’tje of om eens iets op te zoeken op één van de computers. Ik ben hier thuis.
"We zijn ook naast de vloer een groep die sterk aan elkaar hangt."
Marinka
Wat is jullie favoriete Figurantenherinnering?
Marinka: We zijn eens op repetitieweekend geweest naar Dworp. Daar hebben we hard gewerkt, maar ook veel gegeten en veel gelachen.
Patricia: Mijn schoonste herinnering is ook hoe Ronny, een speler die inmiddels gestorven is, toen met mij is beginnen dansen. Dat was een fantastische gast en zulke momenten zijn mooi om aan terug te denken. Daarnaast heb ik ook fijne herinneringen aan een jaar waarin we op het festival Spots op West mochten spelen. We gaan dat dit jaar opnieuw doen en daar kijk ik wel erg naar uit.
Wat is de meerwaarde van Spots op West voor jou?
Patricia: Op dat festival komen veel verschillende organisaties, verschillende leeftijden en achtergronden. Je leert mensen en organisaties kennen uit andere landen.
Raf: Ik ben vooral heel benieuwd, en heel blij dat we de voorstelling voor een nieuw publiek kunnen spelen.
"Als het even tegen zit, kan je tussen repetities door altijd wel bij iedereen terecht. Ik mag hier altijd langskomen voor een koffie’tje of om eens iets op te zoeken op één van de computers. Ik ben hier thuis."
Patricia
Kunnen jullie het proces van de voorstelling, Beautiful Monster, eens schetsen?
Patricia: Ik zat er van in het begin bij, en ben moeten afhaken door gezondheidsproblemen. Gelukkig kon ik terug inspringen en door de lockdown heb ik niet veel gemist; toen ik terug kwam was het nog te volgen. Of ja… in het begin improviseerden we veel over monsters … en ik dacht soms: wat wordt dit? Op een dag stond er dan plots een draaischijf in de repetitieruimte. Ja zeg, hoe gaan we dat doen? Ook die bracht me aanvankelijk vooral in verwarring, maar we zijn meegegroeid en alle puzzelstukjes vielen in elkaar. De laatste weken boeken we steeds meer vooruitgang.
Ronita: In het begin was die draaischijf echt heel lastig. Ik ben niet zo sterk in beweging, en vond het soms heel verwarrend, inderdaad. Soms had ik zelfs even pijn en moest ik fysiek doorbijten, maar we kennen Hein. Het komt altijd wel goed, en zoals Patricia zegt: alles smelt in elkaar.
Raf: We doen veel dingen die dan niet meer in de voorstelling komen. Die heb je dan niet nodig. Veel oefeningen, bijvoorbeeld met die schijf en met beweging.
Marinka: Goh, ik denk dat we die toch nodig hebben hoor. Die zijn ook nodig voor je eigen ontplooiing en zelfvertrouwen. Je leert ook op een bepaalde manier te bewegen, je te presenteren, en dat werkt volgens mij door in de voorstelling.
Kan je een voorbeeld geven van zo’n oefening waarbij je erg bent gegroeid?
Raf: Toen we Club Muller speelden ben ik erg gegroeid. Toen heb ik echt leren tonen wat ik kan. Bij elke voorstelling bouw je daarop verder. In het begin moet je van heel diep komen, uitzoeken hoe je bepaalde dingen doet, maar hoe verder je gaat, hoe meer je je eigen sterktes kent.
Ronita: Ik was in het begin niet goed met tekst. De eerste voorstelling waarbij ik meedeed had ik zelfs geen tekst. Vorig jaar kwam er dan een beetje tekst, nu wat meer. En zo kan ik langzaamaan beter worden. Ik ben heel veel gegroeid in die drie jaar.
"Ik was in het begin niet goed met tekst. Vorig jaar kwam er dan een beetje tekst, nu wat meer. En zo kan ik langzaamaan beter worden. Ik ben heel veel gegroeid in die drie jaar."
Ronita
Heins tekst is ook erg abstract, hoe hebben jullie samen met hem gezocht naar manieren om die te spelen?
Patricia: We hebben daar via die Zoomsessies veel over gesproken, heel analyserend.
Marinka: Ja maar ook doende. Je speelt dan iets, en Hein geeft ons dan opmerkingen. Probeer het eens zo, doe eens dat… en zo zoek je samen wat er werkt.
Patricia: En zo zoeken we ook de rolverdeling. Op basis van wat het beste werkt. Marinka is in een bepaalde scène een soort verteller, dat is omdat dat haar ligt. Hein werkt heel erg vanuit onze sterktes.
Hoe vond je inhoudelijk ankers in de tekst?
Patricia: Het is een heel boeiende tekst. Voor mij helpen de bekende figuren: de boze wolf en roodkapje, dat roept van alles op. Zo zag ik wel wat we moesten doen.
Raf: Toen ik het de eerste keer las, begreep ik er niet zo heel veel van. Door de tekst beter te lezen, te kennen, in de vingers te hebben… komt er eigenlijk wel van alles uit. Zo wordt het duidelijk. Gelukkig is hij wel makkelijk in te studeren.
Patricia: Hein heeft ook altijd veel nadruk gelegd op het idee van de cirkel. Dat sprak me erg aan, ik vond dat interessant. Het idee van die man en die vrouw en hun kinderwens zette me aan het denken. Hein had ook een boek liggen dat hij zelf gebruikte, en dat heb ik eens meegenomen naar huis. Dat staat vol symbolen en cirkels, teksten over mannen en vrouwen,…Daar heb ik veel aan gehad.
Marinka: Ik heb in al die jaren geleerd: stel niet teveel vragen, het komt altijd goed. Je kan vertrouwen op je regisseur en je medespelers. Iedereen is zo enthousiast, doet zo hun best, dat het toch niet mis kan gaan? We steken er heel veel tijd in, maar ook heel veel hart.
"Voor mij is het echt een uitlaatklep. Als ik hier binnen stap, is het alleen toneel. Ik wil gewoon spelen. Ik leef voor toneel. En voor mijn vrouw Ronita natuurlijk. (Lacht)
Raf