Vandaag begint Hein met een bespreking rond twee tafels beneden. Er worden filmfragmenten getoond om de sfeer uit te leggen voor de scene die vandaag gemaakt zal worden. De film ‘Perfume’, naar het gelijknamige boek van Patrick Süskind, bevat een scene waarbij het hoofdpersonage door een massa volk wordt bestormd en uiteindelijk opgegeten. Dit als inspiratiebron voor de plot rond het personage Lopachin uit De Kersentuin. Iedereen is aandachtig en snel mee in de denkoefening.
Hein schetst de atmosfeer van een stad, ze zijn onderweg naar het werk, gehaast opgestaan en bewegen zich in lijnen door de ruimte. De muziek is donker en mysterieus, ondersteunt het beeld. Als volgende stap is iemand de Lopachinfiguur. Ze krijgen de opdracht hem/haar aan te kijken, aan te raken op een manier waaruit blijkt dat ze Lopachin verachten. De aanwijzingen van Hein zijn helder en met concrete voorbeelden, zoals ‘hij stinkt’ geeft hij aan hoe ze zich verhouden tegenover Lopachin. Hij benadrukt ook het onderscheid tussen het fictieve personage Lopachin en de persoon die acteert. Er wordt ook een tweede mogelijkheid voor dezelfde scene uitgeprobeerd waarbij ze de Lopachinfiguur wegdragen. Ze leren hoe iemand in enkele seconden op te heffen.
De scene waarbij Lopachin wordt opgegeten komt zo in één repetitie vlot tot stand. Het blijkt een goede manier om te werken vanuit sfeerschepping, concrete voorbeelden en het opbouwen van de scene laagje per laagje. Sarah geeft extra suggesties ivm de scherpte in beweging, lichaamstaal, intentie en energie. Ook tips in verband met een goede lichaamshouding en de betekenis van een rechte rug zijn belangrijk. Ze geven de spelers meer zelfvertrouwen en naar de kijker toe, maken deze tips een groot verschil in hoe iemand overkomt. Tamara en Liselotte zitten tijdens de repetitie op de tribune en geven enkele suggesties, wat het gevoel geeft van samen creëren.
Het blijkt een goede manier om te werken vanuit sfeerschepping, concrete voorbeelden en het opbouwen van de scène laagje per laagje.
In een tweede oefening vanavond wordt gewerkt rond de vier basisemoties: boos/bang/blij/triest. Elk van de emoties worden ze gevraagd vorm te geven op verschillende plaatsen in de ruimte op basis van een eigen herinnering die ze niet hoeven te delen. Tegelijk bood deze oefening de gelegenheid aan de regisseurs om het effect te observeren van de spelers die zich door de speelruimte bewegen.
In het nagesprek vandaag komt de vraag aan bod of het belangrijk kan zijn de medische achtergrond van bepaalde spelers te kennen om zo beter op hen te kunnen inspelen en het acteerwerk te verbeteren. Bedoeling is het artistiek proces altijd voorop te stellen.