De Figuranten - De Pinker - Maandamano

Maandamano, iedereen krijgt kans om te schitteren

Hoe pak je een theatertraject aan in een BUSO school?  We vroegen het aan Griet Opsommer, de leerkracht van Groep 14, die met De Figuranten Maandamano op startte.

Fotograaf-danser Tuur Uyttenhove en danser Hendrik Lebon maken met de jongeren van Groep 14 een dadaïstische parade. Op het ritme van een eigen soundtrack zullen zij in de lente door het Woonzorgcentrum van Poperinge trekken.

Griet Opsommer: Vorig jaar maakten we kennis met De Figuranten vanuit onze type 3 werking. Daar zaten jongeren met mooie verhalen, maar die niet de taal vonden om die te vertellen. Via een subsidiedossier van Cultuurkuur wilden we daar een antwoord op vinden en daarvoor hadden we een partner nodig met ervaring in onze doelgroep. Maar ik was ook op zoek naar een organisatie die ons de mogelijkheid tot een professioneel eindresultaat kon geven. In de omgeving zijn er weinig mogelijkheden, dus daarom zijn we al snel bij De Figuranten uitgekomen. Persoonlijk kende ik de organisatie omdat ik al vaak naar voorstellingen ging kijken, dus ik had er ook wel wat vertrouwen in. De klik was er meteen en voor we het goed en wel beseften, waren we vertrokken met het project ‘Je heb nooit woorden teveel’ (waarbij drie jongeren een dichtbundel schreven in samenwerking met Maarten Inghels - Lees hier meer).

 

Tijdens dit eerste project kwam een mogelijk volgend traject enkele keer ter sprake. Ook hiervoor waren De Figuranten meteen enthousiast. Op school hebben we een groep, groep 14, waarvan ik dacht dat ze best wel wat voeling zouden kunnen hebben met theater. Daarom zijn we nu - los van een subsidiedossier - een traject op maat van deze groep aan het doen.

Ervaringen de moeite waard maken

In Groep 14  zitten een aantal mensen met een grote voorliefde voor het dramatische, maar er zit ook gewoon heel wat uitzonderlijk talent bij. Dat zijn dingen die de keuze voor theater hebben gegidst. Maar er is eigenlijk nog een andere reden waarom ik zo graag met deze groep wil werken. Deze jongeren zijn al wat ouder: door subsidiëring van de zorg weten velen niet wanneer ze zullen afstuderen. Ze zijn bijvoorbeeld 25 jaar en zitten toch nog in dat secundair. Daarin voel ik een grote plicht om het voor hen boeiend te houden. Het is een vrij absurde situatie, natuurlijk: door iets wat buiten hun controle ligt, kunnen ze de school nog niet verlaten en inruilen voor reguliere zorgverlening. Dat is hun schuld niet. Dan is het onze plicht als school om de ervaringen hier de moeite waard te maken. Ons project met De Figuranten kadert eigenlijk binnen dat idee. Het zou jammer zijn mochten deze mensen hun tijd gewoon moeten uitzitten. We proberen het open te trekken, en buiten de muren van de school te stappen. We zien integratie vaak als de buitenwereld die open moet staan om onze mensen te verwelkomen, maar het werkt ook omgekeerd: wij duwen hen naar buiten en zullen zo wel zorgen dat ze overal verwelkomd worden.

Door iets wat buiten hun controle ligt, kunnen ze de school nog niet verlaten en terecht in reguliere zorgverlening. Dan is het onze plicht als school om de ervaringen hier de moeite waard te maken.

Samen onderweg naar een eindresultaat

Nu, toen ik dat idee had, heb ik ook met de groep besproken of ze dit wilden doen en wat ze daaruit verwachtten. Het is altijd mijn bedoeling om hen in elke stap mee te laten denken. Gelukkig waren ze van minuut één enorm enthousiast. Voordat De Figuranten langskwamen, hebben we dan ook een klein voortraject in de klas gedaan om te kunnen starten van een gemeenschappelijke basis. Niet iedereen kent evenveel van theater, maar zo was de groei toch al ingezet voor alles begon. We hebben ook een aantal lessen stilgestaan bij ieders persoonlijkheid, om ons op een fijne manier voor te stellen aan Tuur en Hendrik. Iedereen heeft een soort poster gemaakt met alles dat hen typeert: fysieke kenmerken, maar ook dromen en ideeën. Dat was heel chique. De eerste sessie met Tuur was het uiteraard wat onwennig, maar dat heeft niet lang geduurd. Ze waren allemaal fan van Tuur Frituur en die vrijdagen zijn dan ook telkens opnieuw een echte hoogdag voor de groep.

 

We zijn ook al heel wat grappige dingen tegengekomen. In het begin deden ze vaak de voorbeelden van Tuur na, terwijl hij natuurlijk wilde dat ze hun eigen ding deden. Dat zijn geestige momenten, maar dat opent ook de mogelijkheid tot groei. Het is een enthousiaste, soms onstuimige groep, maar binnen dit project vinden ze ook veel tijd en ruimte voor serieuzere of diepere zaken. Ze zijn ook heel erg betrouwbaar, al kan de buitenwereld hen soms als wispelturig beschouwen. Ze zien dit echt als een heel groot engagement en gaan zich vast en zeker volledig smijten. Het is dan ook belangrijk dat ze een eindresultaat kunnen tonen – het is niet daarom dat ze hun best doen op vrijdag– maar het is wel een mooie kers op de taart. Ze krijgen niet vaak zoveel bevestiging op dat niveau. Veel mensen bekijken hen vaak enkel als personen met een beperking, maar theater geeft hen de kans om zichzelf te tonen als boodschappers van emoties, verhalen, fantasie.

Het is ook fantastisch om te zien hoe veel stille leerlingen toch degenen zijn die hier van opleven, niet enkel de grote monden. Dat betekent toch ook weer dat dit geweldig goed is voor hun zelfvertrouwen. Het is ook fijn hoe Tuur en Hendrik daarmee omgaan. Hun thema en de uitwerking zorgt ervoor dat ze echt aan de slag kunnen met hun sterktes, maar niet worden neergehaald door dingen waar ze niet goed in zijn of niet zo comfortabel mee zijn. Op een gegeven moment mochten ze ook ‘coronabeest’ spelen. Dat lag heel dicht bij het echte leven, maar breekt veel creativiteit open die hen echt doet stralen. Iedereen krijgt ook een rol die goed bij hen past, omdat ze niet alleen moeten spelen, maar ook de kostuums uitzoeken en zo. Iedereen vindt daarin wel iets waar ze in kunnen schitteren, en dat is machtig om te zien.

Lees ook het gesprek met fotograaf en regisseur Tuur Uyttenhove.

"Niemand luistert naar wat zij willen maar door te spelen met dadaïsme, en het idee van tovenaars uit volksstammen creëren we de mogelijkheid om een wereldbeeld te toveren dat zij willen zien."

Lees meer

De Figuranten - De Pinker - Maandamano

Maandamano, fantasie in De Pinker

De Figuranten bouwt in BUSO school De Pinker aan Maandamano. Wij babbelen met Fotograaf-danser Tuur.

Fotograaf-danser Tuur Uyttenhove en danser Hendrik Lebon maken met de jongeren van Groep 14 een dadaïstische parade. Op het ritme van een eigen soundtrack zullen zij in de lente door het Woonzorgcentrum van Poperinge trekken.

Kan je je eigen praktijk even schetsen?

Ik heb de dansopleiding in Tilburg en een mimeopleiding in Antwerpen gevolgd en kort daarop ben ik vooral bezig geweest met straattheater, bij Teater Excess in Gent. Na een tijdje was ik klaar voor iets nieuws en heb ik me gestort op fotografie, wat ik mezelf heb aangeleerd. Eenmaal je met kunst bezig bent, maakt het medium niet veel meer uit: je hebt een voeling die je kwijt wil in een esthetiek. De rest volgt. Op dat moment hielp fotografie me om mijn ei kwijt te kunnen, gezien ik ook behoorlijk wat blessures had. Zes jaar geleden ontdekte ik dan de wereld van het burlesque: dat is wat komischer, maar ik kan er enorm veel creativiteit en fantasie in kwijt, terwijl ik in fotografie vooral de donkerte opzoek. Dat typeert me, en dat is ook fijn aan de trajecten in Poperinge. Ik combineer er donker en licht. Eigenlijk schiet ik veel verschillende kanten uit, zolang ik bezig kan zijn: ik maak sinds kort ook muziek, ‘saunamuziek voor aliens’ (lacht).

Je werkt nu ook samen?

Ja, met Hendrik Lebon. We kennen elkaar van de opleiding in Tilburg. Hij is danser, acteur en maker en doet altijd heel veel projecten door elkaar. Hij is niet bang om buiten de black box te treden, wat enorm dankbaar is. Hij is heel erg rustig, een goeie tegenpool voor mijn hyperkantje.

 

Hendrik brengt ook veel fantasie mee. Hij gaat helemaal mee in alles wat je kan geven. Onlangs maakten we een ‘grot’ in Poperinge, met wat toneeldoeken. Dan is een Hendrik die dat vanzelfsprekend vindt erg mooi voor de jongeren.

We toveren het wereldbeeld dat zij willen zien.

Nu maken jullie een voorstelling bij BUSO school De Pinker?

Vanuit hun afdeling 3WEG was er vorig jaar een project rond poëzie in samenwerking met De Figuranten. Omdat dat heel erg meeviel, kwam de vraag om ook een voorstelling te maken met een andere groep. De begeleidster, Griet, is daarin een enorme steun. Het verloopt allemaal heel vlot, en dat hebben we te danken aan haar enthousiasme. Ze gaat in alles mee, durft groots te denken en is zo een welgekomen schakel tussen ons en de jongeren.

 

We werkten wel in een iets minder mooie ruimte; een oud ziekenhuis. Gelukkig is er de vrijheid en de fantasie om ook daar mee om te gaan. We trekken de gang op. Op die manier is het idee voor de voorstelling eigenlijk gegroeid. Aan de overkant is er een woonzorgcentrum, wat me deed nadenken over de tristesse die die mensen de afgelopen jaren hebben gezien. Dus dan zitten we daar plots met twee groepen die we kunnen samen brengen. Daarom maken we een stoet, die een beetje kleur brengt en uit de ruimte treedt.

Veel ruimte en vrijheid

Hoe begon je aan dat idee?

Ik heb het gevoel dat deze spelers – jongeren met een mentale beperking – vaak niet echt naar hun wereldvisie worden gevraagd. Toen ik daarover nadacht, ben ik beginnen te spelen met dadaïsme en het idee van tovenaars uit volksstammen. Dat schept de mogelijkheid om een wereld te toveren die zij willen zien. Dat klinkt misschien heel licht, maar dat is echt heel mooi om te zien.

 

Dus we gaan hen de straat op sturen en aan de mensen in het woonzorgcentrum proberen tonen hoe zij de wereld zouden willen veranderen. En dat allemaal door het te toveren, met kostuums te spelen,… Daar zie je mijn achtergrond in burlesque wel, ik ben een een man van de kostuums. Dat creëert een transformatie, iets waar ik graag mee werk en wat veel verbeelding op gang brengt.

Hoe kom je erop om dadaïsme te gebruiken bij die jongeren?

Ik had altijd al een fascinatie voor gekkigheid en transformatie – ooit heb ik een modecollectie van maskers ontworpen – maar het is ook een manier om een heel diverse groep bij elkaar te brengen. Deze groep is enorm verscheiden, ook wat betreft de uitdagingen als maker. Sommige spelers hebben meer voeling met spreken, anderen zijn sterker in bewegen. Dat zijn twee heel andere manieren van spelen, en in mijn onderzoek wilde ik die twee elementen echt samenbrengen. Transformatie is de brug daartussen.

 

Ergens komt dat ook van mijn bredere werk als procesbegeleider binnen De Figuranten. Niet toevallig heet de voorstelling die we nu maken Beautiful Monster, en tijdens een ziekteperiode heb ik de repetities begeleid. Toen werkte ik met de spelers van het open atelier rond het transformeren naar een wolf of een monster: dat zijn dingen die ik natuurlijk wel meeneem naar andere projecten. Dat is fijn aan zo’n inspirerende omgeving.

Achter alles zit een diepere emotie

Hoe breng je dat dan aan?

Op een bepaalde dag maakten we bijvoorbeeld dus die grot met lakens, en gaven Hendrik en ik voorbeelden van dingen die we graag in de wereld zouden toveren, waarna we het woord aan hen gaven. Iemand wilde graag muziek toveren, iemand wilde de meester doen stoppen met zeuren – ook dat is de max. Natuurlijk moet je dan verder kijken dan hetgeen wat ze dan zeggen, maar er zit wel ergens een diepe emotie achter die de motor voor meer kan zijn.

We hebben wel ideeën over wat we willen doen, maar je wil toch ook een openheid behouden voor als er iets onverwachts magisch gebeurt. Je wil daarop kunnen inspelen. Kunst is niet zeven sessies op voorhand vastleggen.

Je hebt intussen al wel wat sessies gedaan met deze jongeren, hoe is jullie dynamiek gegroeid?

In het begin was het vooral een grote uitdaging omdat ik met heel wat tekst wilde beginnen. Deze groep bestaat uit personen tussen de veertien en de zevenentwintig: dat creëert uiteraard heel wat uitdagingen. Het was dan ook gigantisch belangrijk voor mij om hun vertrouwen geleidelijk aan te winnen. In het begin zou er een andere coach zijn, die door omstandigheden niet meer mee kon werken. Dat compliceerde onze band natuurlijk, maar het is dan aan mij als coach om dat vertrouwen terug te krijgen.

En hoe vind je dat vertrouwen?

Door hen simpelweg te behandelen als doordeweekse spelers. Ze zijn niet anders dan anderen, en het is ook niet fijn om zo naar hen te kijken. Het is belangrijk om in alles wat ze je aanreiken mee te gaan en in te pikken. Zo is er een speelster die geobsedeerd is door liefde en verliefdheid – fantastisch, toch? Dat is een kans om het eens over dat thema te hebben! Tegelijkertijd is het belangrijk om focus te leggen op wat ze graag willen doen, wat ze kunnen en vooral niet op wat ze niet kunnen. Ik denk dat deze groep al veel te vaak hoort dat ze zogezegd iets niet kunnen. Een andere deelnemer is bijvoorbeeld niet zo bezig met theater, maar kan fantastisch mooi zingen en tekenen. Ideaal toch – we maken met haar gewoon een mooie soundtrack, zij tekent de poster. Waarom zou je haar uitsluiten of tot iets anders dwingen? Dat is het foutste wat je kan doen. Niemand wordt graag tot iets verplicht, maar je kan wél mensen triggeren en iets nieuws over zichzelf doen ontdekken door samen te zoeken naar wat hen typeert.

 

Daarom bekijken Hendrik en ik alles ook week per week. We hebben wel ideeën over wat we willen doen, maar je wil toch ook een openheid behouden voor als er iets onverwachts magisch gebeurt. Je wil daarop kunnen inspelen. Kunst is niet zeven sessies op voorhand vastleggen. Je raakt geïnspireerd door objecten of gebeurtenissen rond je. Op een dag zijn we de tuin van de school ingetrokken en hebben we bloemen en planten vastgemaakt aan bivakmutsen. Plots wandelt er iemand op je af met een tak van 3 meter – tuurlijk is dat onpraktisch, maar echt afbreken heeft geen zin. Je moet openstaan voor wat er gebeurt als je daar iets mee probeert te doen. Vorige week nog hebben we gedaan alsof we door de gangen vlogen, en de dingen waar die gasten dan mee afkomen… Dat koester je. Dat moét je koesteren. Iemand zei dat hij langs vulkanen was gevlogen, echt fantastisch.

 

In principe zijn de deelnemers botsauto’s, en Hendrik en ik zijn de bumpers aan de rand. We laten hen, binnen bepaalde grenzen, in het wilde weg uitproberen en fantaseren. En we bevestigen wat we zien.

Zijn er dingen die je meeneemt naar je eigen leven en praktijk?

Sowieso zou ieder mens baat hebben bij de onbevangenheid waarmee ze leven. Daarnaast kijk ik echt op naar de fantasie en de je m’en fous attitude waarmee ze dingen aandurven. Ik wens mensen dat ook toe: durven spelen, durven gaan, durven amuseren.

Lees ook de babbel met Griet Opsommer van BUSO school De Pinker

"Het is ook fantastisch om te zien hoe de stille leerlingen toch degenen zijn die hier van opleven en niet enkel de grote monden."

Lees meer