Dag Figuranten,

Ik ben blij terug te zijn in 2018. Nieuw jaar. Open geest, Open Atelier. Er wordt opnieuw in groepen gewerkt, allen rond het verhaal van Tsjechov, De Kersentuin.

Liselotte begeleidt boven drie mensen: Bart, Patrick en Samuel. Ze heeft duidelijk nagedacht over het concept: ze vraagt de spelers om een stuk te brengen waarbij ze in een leegstaand huis aankomen en objecten terug uit een valies opdiepen en waarbij herinneringen bovenkomen, om te eindigen met de onthulling van het overlijden van het zoontje.

Bij Hein werken ze in groep rond een ander deel uit de tekst, waarbij de scene draait rond een afscheid in de nacht/vroege ochtend. Daarbij wordt het beeld opgeroepen van een lange tafel, dat herinnert aan het schilderij van Het Laatste Oordeel. De regisseur toont ook een afbeelding om de spelers te inspireren met de houdingen van de personages. Door voorbeelden te geven over situaties rond het nemen van afscheid, ‘the blues hebben’, komen de spelers in de gewenste sfeer. Hein benadrukt ook te acteren vanuit het gevoel en vanuit verbeelding, zeker niet uit te beelden. Het citaat van Tsjechov “Don’t tell me the moon is shining – show me the glint of light on broken glass”, is voor mij tekenend om de artistieke waarde te bepalen: het weergeven van iets op een manier die de letterlijke uitbeelding overstijgt en waar emoties doorklinken.

Een derde groep mensen werkt onder begeleiding van Tamara het personage van Lopachin uit. Ze zoeken naar een manier om met iedereen samen hetzelfde karakter te belichamen. Er komen ook ideeën van de spelers zelf en zo komen ze tot het beeld om achter elkaar te staan, waarbij de persoon vooraan in de micro spreekt en telkens weer achteraan de rij aansluit. Zo spelen ze met beweging en tekst.

Don’t tell me the moon is shining – show me the glint of light on broken glass.


— Anton Tsjechov

Het korte toonmoment aan het einde van de avond geeft steeds de kans aan iedereen om elkaar te zien spelen, verschillende mogelijkheden te bekijken zonder te oordelen. Ik ervaar een gemoedelijke sfeer, iedereen mag zich welkom voelen, het consequent aanbieden van koffie en koekjes voorafgaand aan de repetities creëert een veilige omgeving. Er heerst een groot gevoel van respect voor ieders kunnen, zowel bij de spelers onderling als bij de regisseurs van de repetities of workshops. Het gevoel van onbevangenheid en niet-oordelen is heel aanwezig en schept ruimte voor ieders eigen vorm van kunnen. Er wordt altijd rekening gehouden met fysieke beperkingen en ook de gemoedgesteldheid van de deelnemer op dat moment. Dit gebeurt nooit vanuit een benadering als mindere of slachtoffer, maar van mens tot mens.